maandag 25 februari 2013

Visioenen

Voor de goede verstaander nectar, voor de leek het relaas van een dwaas...

De wereld van visioenen is niet open voor iedereen. Het is een wereld die zich niet zomaar openbaart.
Ook niet wanneer men middelen tot zich neemt als LSD, Peyote, Ayahuasca of psychedelische paddestoelen. Men denkt gemakkelijk dat wanneer iemand een visioen heeft gehad dat dit hetzelfde is als een hallucinatie. De visionair weet wel beter. Zijn leven heeft het hem getoond, of zal het hem tonen. We kunnen onze ogen er voor sluiten. Maar het visioen komt van diep van binnen. Ogen sluiten heeft geen zin. We kunnen het hart verlaten, een veel beproefde methode. We kunnen in ontkenning gaan zoals veel verstandsmensen doen. Maar worden we er gelukkiger van? Wordt de wereld er beter van? En misschien net zo belangrijk: worden we er zelf beter van?

Dromen en visioenen kunnen hallucinaties zijn. Een dwaas ziet het verschil niet. En op het moment dat we ze beleven dan zijn ze even echt. Toch is er een groot verschil. En diep van binnen weten we dat. Een hallucinatie beleven we vaak als we niet in contact zijn met ons gevoel en onze kern. Een visioen beleven we met en in onze kern.
Verder wil ik hier nu niet op in gaan.

Persoonlijk geloof ik niet dat eerder genoemde middelen alleen tot bevrijding leiden. Wel kunnen ze een belangrijk hulpmiddel zijn en het pad verlichten. Net zo goed kunnen de middelen ons het duister in leiden als we even niet goed opletten. Het is geen spelletje. Het is een goddelijk spel.

Persoonlijk heb ik de westerse wereld waarin ik ben opgegroeid altijd als zeer oppervlakkig ervaren. De geschiedenis heeft me altijd wel enorm geboeid. En belangrijke vragen voor mij zijn altijd geweest: Hoe is het allemaal zo geworden? Waar komen we vandaag? En hoe leven natuurmensen, de oorspronkelijke mensen?
De laatste vraag heeft mij op pad gebracht naar de Noord Amerikaanse Indianen.
Veel heb ik van hen geleerd of moet ik zeggen: veel ben ik dankzij hen gaan herinneren.
Herinneren is zo'n mooi woord waar we even bij stil moeten staan. Het betekent: opnieuw naar binnen gaan.
Noord Amerikaanse Indianen, net als alle natuurvolken nemen hun visioenen bijzonder serieus. Het volgen van een visioen wordt vaak als het hoogste goed beschouwd. Maar mogelijk druk ik me nu uit zoals iemand die een christelijke opvoeding heeft genoten.
Het volgen van een visioen is veelal geen gemakkelijke opdracht.
Maar veel oude beschavingen zijn deels opgebouwd uit visioenen.
Nu bijna drie decennia houd ik me bezig met Noord Amerikaans Indiaanse ceremonies.
Lang hoopte ik op een 'naam'. Het krijgen van een naam heeft een bijzondere betekenis.
Tevergeefs heb ik meer dan 20 jaar gewacht.
Mijn zoektocht heeft zich niet beperkt tot de Indiaanse culturen. Ik ben op aanraden van een chief me eerst gaan verdiepen in de Keltische cultuur en verhalen. Daarna na vele jaren in de Germaanse Noordse cultuur. Eerst moest ik mijn geest reinigen van de erfenis uit de tweede wereldoorlog. Het misbruik door de nazi's van de runen, de swastika en de verhalen van de oude Noordse goden heeft een volledig misleidend beeld gecreëerd. Maar als men zich er in verdiept blijkt het beeld wel zo onjuist dat het weer gemakkelijk wordt zich er van te ontdoen.
De oude Germaanse goden zijn cultuur- maar ook natuurgoden, verbonden met de krachten van de natuur. Denk aan Thor of onze Donar, god van donder en bliksem.
Eindelijk ging er weer een deur voor mij open. En algauw kreeg ik een droom. In de droom werd mij gevraagd: Wie ben je? Mijn antwoord: 'Aswind'
Ik heb de naam geïnterpreteerd als 'boodschapper van de goden'.
Het klinkt vreselijk beladen. Maar dat is het niet. De oude Germaanse goden werden Asen genoemd, bewoners van de Asgaard. En ik ben muzikant, poppenspeler, verhalenverteller en dichter. In de oude Germaanse traditie noemen we zo iemand een skald. ( In de Keltische traditie een bard)
En als ik de Noordse mythes vertel ben dan de naam Aswind niet waardig?
Sindsdien ben ik veel Noordse mythes gaan vertellen. Ieder jaar kwam er minstens één bij.
Een paar jaar terug begon ik aan een verhaal over Odin. Meestal werk je niet iedere dag aan zo'n verhaal. Soms gaan er maanden voorbij zonder er zelfs maar aan te denken. Maar onbewust werkt het verhaal verder in ons, vormt het zich. Nu in de tijd dat ik er niet bewust mee bezig was bezocht ik een ceremonie onder begeleiding van een Colombiaanse sjamaan. Er werd ayahuasca gedronken. Er gebeurde van alles met me. Maar het hoogtepunt was: Odin keek me aan. Ik zag zijn oer strenge bebaarde gezicht. Dat gelaat met maar één oog. En ik schrok me wezenloos.
Het was mij veel te streng en veel te serieus. Maar ik heb hem gezien. Heel even werd ik door hem geraakt.
Maakt dit mij nu een volger van Odin?
Nee, dat valt allemaal reuze mee.
Dit visioen is op allerlei wijze te verklaren. Maar daar gaat het niet om. Het gaat er om hoe het zich verder ontplooide.
Een paar maanden later begon ik het verhaal over Odin's offers te vertellen. ( het is op youtube te vinden, zoek op Odin + Donderelf)
De tweede keer dat ik het vertelde op de Lofoten, op een Vikingfestival in het Noorden van Noorwegen kwam er een arend over vliegen.
Dit mag gezien worden als een gunstig teken. Temeer omdat ik die ochtend gebeden had met een arendsveer in mijn hand. (Als ik bid dan richt ik me naar binnen en open mezelf daarna richt ik me tot het Groot Mysterie en de Moeder Aarde. De oude goden, spirits en totems kunnen helpers zijn maar geen wezens die we aanbidden.)
Weer enkele maanden later vertelde ik het verhaal in Archeon op de dag dat prinses Maxima het archeologiehuis van Archeon kwam openen. Het kon mij niet bijzonder boeien, de komst van Maxima en het hele circus van hotemetoten er om heen. Bij die poeha voel ik me ongemakkelijk.
's Avonds waren er weinig bezoekers en ik vertelde het verhaal alleen aan Vikingen. ( reenactors, mensen die de geschiedenis van de Vikingen doen herleven en als het ware in hun huid kruipen)
Toen ik de tweede zin van het verhaal uitsprak hoorden we een rollende donder. Het klonk alsof 'hij' zich haastte om er bij te zijn. Het werd een wolkbreuk. we schuilden onder de Vikingtenten en ik bleef mijn verhaal vertellen.
Op een zeker moment komen we in het verhaal bij een ontmoeting van Odin en zijn grootvader, de reus Bolthor. Dan vertel ik: 'En ze gingen zitten op een plek waar alles groen, prettig en vredig was.' Dit terwijl ik met mijn armen van omhoog naar omlaag beweeg. Tot dat moment is het verhaal bijzonder spannend en magisch. Dan ineens is er een moment van rust en vrede. Op het moment dat ik mijn armen omlaag bewoog, tegelijkertijd stopte de regen, tot dat moment regende het pijpestelen. Het was alsof de Asen zorgden voor de special effects. En wie zal zeggen dat het niet zo is?
Het was indrukwekkend. Iedereen begon te applaudisseren terwijl het verhaal nog niet klaar was.

Het vreemde was dat ik tegen de avond een mysterieuze man had ontmoet bij de ingang van Archeon.  Hij vertelde van alles over mijzelf en mijn vrouw. De man had een bijzondere gave. Hij zei dat hij een glorie bij me zag. Was het de glorie van die vertelling die avond?

Die avond realiseerde ik me opnieuw dat de Asen echt zijn en verbonden met ons en de krachten van de natuur.
Betekent dit nu dat ik alleen geloof in onze voorouderlijke goden?
Nee, ik geloof dat er veel meer is tussen hemel en aarde, meer dan wij eenvoudige mensen kunnen bevatten.
Een visioen mag misschien een tipje van de sluier oplichten, maar niet meer dan dat. Toch zou ik dergelijke ervaringen voor geen goud willen missen.
En uiteindelijk is het leven zelf bedoeld als een prachtig en glorieus visioen.
Laten we dat visioen volgen en creëren voor onze kinderen en kleinkinderen.

26-02-'13, Nw. Lekkerland, Philip Aswind van der Zee